vrijdag 18 november 2011

Slaap zacht, Rusland waakt

Het was een kort item in het journaal van 8 november: de "Nord Stream"-gaspijpleiding tussen Rusland en Duitsland is ingehuldigd. De leiding, die over de bodem van de Oostzee loopt, zal vanaf 2012 jaarlijks 55 miljard kubieke meter Russische gas naar Europa pompen en zo mee instaan voor onze energievoorziening. Saai hé. Terecht dat er maar een minuutje tijd aan werd besteed. Alvast mijn excuses, want wat nu volgt is zo mogelijk nog saaier (maar nice to know met het oog op de toekomst).

Op de foto ziet u hoe tal van hoge heren en één dame doen alsof ze de reusachtige gasleiding eigenhandig opendraaien. Iedereen is blij en gelukkig, maar er zijn wel een aantal elementen die opvallen door afwezigheid. Het eerste is het logo van Gazprom, de Russische gasmaatschappij die het initiatief nam voor de bouw van de leiding en van wie het gas komt. Toch niet onbelangrijk. Ook opvallend afwezig is Vladimir Poetin, de huidige Russische premier die in 2005, toen nog als president, de overeenkomst over de bouw van de pijplijn sloot.

Misschien is het niet geheel toevallig dat net Gazprom en Poetin ontbreken, want al snel na de overeenkomst kwamen er wat Europese bedenkingen bij het hele project en raakten de verhoudingen met de Russische president flink getroubleerd. Zo waren er bedenkingen bij het traject van de pijpleiding: waarom moest die over de zeebodem lopen en niet over land? Omdat, aldus Poetin, je maar best zo weinig mogelijk transitlanden doorkruist, want die zijn toch allemaal onbetrouwbaar. Om dit te illustreren draaide hij zelf begin 2006 de gastoevoer doorheen Oekraïne dicht, "vanwege wanbetalingen". In 2008 werd dit nog eens losjes overgedaan. Al kan het pro-Westerse bewind van Oekraïne er ook voor iets tussen hebben gezeten.
Estland werd dan weer als "onbetrouwbaar" gecategoriseerd nadat er rellen ontstonden toen een Russisch standbeeld werd verplaatst. Dat de pro-Russische oppositie aan de basis lag van die rellen en rechtstreeks werd opgestookt door Moskou, werd daarbij onvermeld gelaten. Voor Estland was een Russische reuzegasleiding op hun grondgebied vervolgens uiteraard een brug te ver.
Dat het traject over de zeebodem (dat Gazprom trouwens veel meer kostte dan een traject over land) op die manier werd gebruikt om enkele mogelijke transitlanden zoals, naast Estland, Polen heel wat inkomsten te ontzeggen, ging gelukkig niet helemaal onopgemerkt voorbij in Europa.

De wenkbrauwen werden nog iets meer gefronst toen bleek dat Gazprom zijn pijlen op de volledige Europese energiemarkt richtte. Een belangrijk aandeel in het grootste Britse energiebedrijf Centrica was het doel, maar toenmalig Brits premier Tony Blair zag dat toch niet zo zitten. Angela Merkel (midden op de foto) bedankte voor de eer van "verdeler en verkoper" van het Gazprom-gas. Ze had een gezond wantrouwen tegenover de erfenis van haar sociaaldemocratische voorganger Gerhard Schröder (tweede van links), die de overeenkomst over Nordstream sloot enkele dagen voor de verkiezingen in 2005, om na die verkiezingen (die hij -zoals verwacht- verloor) zijn sociaaldemocratische waarden vlotjes opzij te zetten voor een postje aan de top van de aandeelhoudersvergadering van het bedrijf dat de leiding zou bouwen, en voor de daarbijhorende habbekrats van 250 000 euro per jaar. Iets wat de pers niet echt kon waarderen en het aanvankelijke enthousiasme over de Nord Stream-leiding fel temperde.

Er stonden er dus enkelen groen te lachen, bij de opening van de pijpleiding, die koste wat het kost een goede zaak voor Europa moest lijken, en geen poging tot Russisch imperialisme. De Poolse gasmonopolist PGNiG heeft intussen al een rechtszaak aangespannen tegen Gazprom om het Russische gas (via Duitsland) tegen een verlaagde prijs te krijgen. Het wordt afwachten wat Warschau hiervoor zal moeten doen (of laten). Hoe gas steeds meer het ideale wapen wordt, leest u in het boek "Gazprom - Ruslands nieuwe wapen", van Valeri Panjoeskin en Michael Zygar.

Maar tot daar het goede nieuws...

Want leidingen over land, dat is toch ook niet altijd even zuiver op de graad. Lukoil (de vroegere Jet, die tankstations in geel en blauw) illustreert het uitvoerig. De olie van Lukoil komt immers uit Noord-Rusland, uit het Pechora-bekken, en heeft daar zo al zijn sporen nagelaten. Het grote probleem is dat de plaatsen waar de olie wordt opgeboord, onderling worden verbonden door ondergrondse leidingen die niet dagelijks worden nagekeken. Ook niet jaarlijks of tienjaarlijks, denk ik. Lekken zijn dus onvermijdelijk, en olie sijpelt druppelsgewijs in de Russische toendra, in de rivieren en in het drinkwater. Daarmee is alle leven in de streek standaard in olie gedrenkt en uiteindelijk verdwenen. Lukoil zelf ziet het gebied elk jaar natuurlijk maar wat graag toevriezen, zodat het stinkende potje wordt toegedekt. Zelf zoekt het intussen liever naar nieuwe oliebronnen dan dat het investeert in nieuwe leidingen. Of zoals het bekende spreekwoord zegt: "Als u tankt in Brussel, druppelt het in de toendra". Of zoiets...

Dit verhaal stond enkele weken geleden in De Standaard magazine. Het zou een reden kunnen zijn om Lukoil te boycotten. Maar gelukkig zijn er nog tal van alternatieven, zoals BP... of nee, wacht, te veel smurrie in de Golf van Mexico. Shell dan, maar dan moeten we voorbijgaan aan de vergiftiging van de Nigerdelta... De houtstoof misschien?

1 opmerking: